Op mijn werk ben ik een manusje van alles. De ene dag beantwoord ik vragen van lastige klanten en de andere zoek ik moeilijke dingen uit om te vertalen naar Jip-en-Janneke-taal. Dan coördineer ik collega's bij een project en een andere keer programmeer ik complexe systemen voor makkelijke taken. Ik ben ook een scheidsrechter.
Nee, niet op een voetbalveld. Op mijn werk. Hoe dan?
Eigenlijk heel simpel. Ik heb twee collega's die van elkaar afhankelijk zijn, maar niet met elkaar door een deur kunnen.
Dat is op zich niet zo'n probleem. De één werkt op locatie in de randstad, de ander op kantoor in Brabant. Dezelfde deur zien ze dus zelden tot nooit.
Toch lukt het ze niet om samen te werken op een volwassen manier. Als de een vraagt of de ander even een kabeltje om wil prikken, zegt de ander dat hij dat maar via een opdracht van hogerhand moet regelen. Als de ander vraagt of de een even een configuratie wil aanpassen, vraagt de een hiervoor een van voor tot achter gedocumenteerd schriftelijk verzoek met gedegen redenatie.
Lekker handig dus.
Wat heeft dit te maken met papa zijn?
Aan tafel zitten de jongens tegenover elkaar. Op tafel staat eigenlijk altijd wel een doos tissues. In de hoek bij bonuszoon. Bonuszoon is dus de designated tissue aangever, zeg maar.
Die rol vervult hij met enthousiasme. Je hoeft er maar om te vragen en je krijgt een tissue. Erg trots is hij op deze belangrijke taak aan de eetkamertafel. Want tja, er wordt altijd wel geknoeid of gesnotterd en dan is hij de redder in hoge nood.
Maar, als er dan iets anders gevraagd wordt, gaat het wat minder goed.
"Mag ik de doos met tissues alsjeblieft?"
De vraag wordt netjes gesteld. Voor de verandering.
Een reactie komt er niet. Bonuszoon kijkt vreemd. Hoezo, de doos? Je ziet het hem denken.
Zoonlief vraagt het nog een keer. Nog steeds vriendelijk, nog steeds met een alsjeblieft.
Het gezicht van zijn overbuurman spreekt boekdelen. Hij heeft een complete vastloper in zijn hersenpan en kijkt als een kat met ADHD op muizenjacht.
Hallo, roept zoonlief.
"De doos met tissues! Die naast je staat!"
Bonuszoon snapt er nog steeds niks van. Zijn blik dwaalt vragend van de tissues naar zijn broertje naar ons. Hopelijk kunnen wij wat nuttigs zeggen, zie je hem denken. "Geef hem gewoon die doos," red ik hem uit zijn tweestrijd. Was vast niet wat hij had willen horen, maar iets anders wordt het niet.
Back in the office...
Een paar dagen later zit ik weer op kantoor. Een e-mail te lezen van een collega. Over een andere collega. Eentje die niet even een kabeltje heeft ingeprikt. Je ziet hem gewoon staan daar in de randstad. Twee ogen als een kat met ADHD, om zich heen kijkend, zoekend naar een reden om het wel of niet te doen.
Mijn vrouw is wel eens jaloers op me. Gastouder zijn heeft veel voordelen, maar ook nadelen.
"Jij werkt tenminste de hele dag met volwassenen."
Ik schud mijn hoofd en gooi een e-mail in de digitale prullenbak. Nog net niet met laptop en al.
Volwassenen... Schijnbaar een erg rekbaar begrip.
Feb 13, 2019
Marieke
Volwassenen zijn net kinderen. We zouden eens een dagje moeten omruilen. Kijken wie er als eerste terug wil ruilen haha.